De Flessenbootjes, de Stoklamp, Plankmeubels, Fixed Chair en de inmiddels iconische serie ArcheTous. De ontwerpen van Floris Hovers – meubels, verlichting en miniaturen- verrassen door hun ontwapende eenvoud. Geen abstract minimalisme, maar het eindresultaat van een langdurig proces van reduceren. Wat overblijft, is de essentie een bijna cartooneske compositie van vorm, constructie en kleur. Bereikt in een samenspel tussen mens en machine. Veel van zijn producten verraden een ietswat naïeve, speelse benadering. “Mijn ontwerpen moeten leesbaar en herkenbaar zijn.”
Het oogt allemaal zo simpel. Een plastic shampoofles met daarop een zeiltje, vastgemaakt met elastiekjes. Een houten kruk waarvan de onderdelen bijeengehouden worden door gewikkeld touw. En dan die speelgoedautootjes, opgebouwd uit niets anders dan een stalen buis en kokermateriaal. Floris Hovers (Raamsdonkveer, 1976) is gefascineerd door eenvoudige materialen en technieken. Daarmee bouwt hij begrijpelijke meubels, verlichting, interieurobjecten en miniaturen: helder en een tikje tijdloos. “De leesbaarheid” is essentieel voor mij, je moet de constructie kunnen zien. “Nog eens onderstreept door de beeldende productnamen die verwijzen naar de vaak alternatieve opbouw:”Flessenbootjes, Wikkelkruk, Stoklamp”. Grotere objecten beschouwt hij als architectuur in het klein. Zo refereert de boekenkast Casco aan het stramien van een flatgebouw. Verwonderlijk zijn al deze associaties niet, want Hovers komt uit een geslacht van ambachtslieden: timmerman, meubelmaker, aannemer. Zijn atelier in Raamsdonkveer is ondergebracht in de voormalige betonfabriek van zijn vader, voor hem nog steeds een idyllische plek. “Bouwen en construeren, dat is ons op het lijf geschreven.”
Tijdens zijn zoekrocht naar de kern van een functioneel object komt Floris Hovers uiteindelijk terecht bij het schematische archetype. Een silhouet of outline die in één oogopslag herkenbaar is, net als pictogrammen of cartoonfiguren. Die grafische beeldtaal wordt later op de werkbank weer omgezet in een ruimtelijk product. Van overdadig 3D naar kristalhelder 2D, om vervolgens weer op te schalen naar 2,5D-‘een cartoon in 3D’. Zonder uitzondering voorzien van een kwinkslag. Want na het afpellen van alle overbodige details -laag na laag- volgt altijd weer een onverwachte zijstap. Een kleine eigenwijsheid die alles een nieuwe lading geeft. Speelgoedautootjes met de voorste wieltjes voor het frame die gretigheid suggereren, een staande lamp waarbij het snoer een wezenlijk onderdeel wordt van het design. Het is de crux in zijn handschrift: een gecontroleerde ‘misstap’ (faux pas) binnen een verder perfect beeld en maatsysteem.
Kleur vormt een integraal onderdeel van elk ontwerp, de finishing touch. Een gegeven dat vanaf het begin al meegenomen wordt in het ontwerpproces. Trefzekere signaalkleuren en dito kleurcombinaties geven zijn sobere producten uiteindelijk hun kenmerkende vorm en expressie. Ook in zijn kleurgebruik tendeert hij naar de rustgevende sfeer van de jaren ’50. Een palet van zachte, sympathieke, veelal secondaire kleuren. Passend bij de ontwapende naïviteit van de gebruikte vormtaal. Kleur, vorm en maatverhouding smelten uiteindelijk samen tot een icoon, een product met een context. “Mijn objecten communiceren gevoel: herkenning en herinnering. Puur menselijke emoties komen dan los. Ik laat zien hoe ontroerend eenvoud kan zijn.